Klik op één
van de segmenten!
Gekoppelde paragrafen met "Pascha"
Theoretisch-praktische godgeleerdheid - Deel 4
Petrus van Mastricht (1630-1706)
Deel 4/6 - De toepassing van de verlossing - De kerk.
Boek VII - Hoofdstuk 5 De sacramenten van de voeding
5.4Het pascha onder de oude bedeling
Het woord ‘pascha’, פֶּסַח (pesaḥ), betekent:
Eigenlijk* een voorbijgang (Ex. 12:13).
Soms het paaslam, als het teken van die voorbijgang (Ex. 12:11,21; Luk. 22:7).
Elders het paasfeest (2 Kon. 23:21,22; Luk. 22:1).
Soms de offeranden die op dat feest opgeofferd werden (Deut. 6:2; Joh. 18:28).
Ook Christus als het tegenbeeld van het schaduwachtige pascha (1 Kor. 5:7).
Wat de zaak zelf aangaat, men zal het meest gepast zeggen dat het pascha is: Een gewoon sacrament van geestelijke voeding onder het Oude Testament.
Terwijl wij het een ‘sacrament’ noemen, willen wij niet ontkend hebben dat het ook een ‘offerande’ geweest is, ten aanzien van de slachting van het lam, de bloedvergieting en de opoffering bij het altaar. Daarom wordt het זֶבַח (zevaḥ) en θυσία, ‘offerande’, en wel eigenlijk een ‘slachtoffer’ genoemd (Deut. 16:4-6; Luk. 22:7). En zo is het ten aanzien van zijn heilige gastmaal een ‘sacrament’ geweest.
Wanneer wij het een sacrament ‘van voeding’ noemen, onderscheiden wij het van de besnijdenis, dat een sacrament van geboorte was.
Wanneer wij het een ‘gewoon’ sacrament van voeding noemen, onderscheiden wij het van het manna, dat een buitengewoon sacrament was.
Wanneer wij het tot het Oude Testament beperken, onderscheiden wij het van het Heilig Avondmaal, dat onder het Nieuwe Testament voedt.