Klik op één
van de segmenten!
Aanneming tot kinderen - Voorwerp
Gekoppelde paragrafen met "Aanneming tot kinderen - Voorwerp"
Theoretisch-praktische godgeleerdheid - Deel 4
Petrus van Mastricht (1630-1706)
Deel 4/6 - De toepassing van de verlossing - De kerk.
Boek VI - Hoofdstuk 7 De aanneming tot kinderen
7.7Ten derde: het voorwerp
Het voorwerp ofwel degenen die tot kinderen aangenomen zullen worden, zijn weliswaar mensen, van nature kinderen des toorns (Ef. 2:3; Jes. 1:4; Ez. 16:3), maar evenwel uitverkorenen en van eeuwigheid geliefden (Ef. 1:5; 1 Joh. 3:1; Jer. 31:3), wedergeborenen (Joh. 1:13, vgl. met 1 Petr. 2:2), verenigden met Christus (1 Joh. 1:3, vgl. met 3:1), gerechtvaardigden, in wie geen verdoemenis is (Rom. 8:1, vgl. met vers 15,16; Gal. 4:5). Want de rechtvaardiging is noch een deel, noch een gevolg van de aanneming tot kinderen, aangezien nergens gezegd wordt dat wij door de aanneming tot kinderen rechtvaardigen ofwel gerechtvaardigd worden. Ook is het niet gepast dat iemand die nog niet met God verzoend, maar tot nog toe Zijn vijand is, door Hem tot kind aangenomen zou worden.
De macht van de aanneming tot kinderen wordt door de Zaligmaker met het geloof samengevoegd: ‘Maar zovelen Hem aangenomen hebben, dien heeft Hij macht gegeven kinderen Gods te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven’ (Joh. 1:12). Toch wordt er niet zo’n nauwe vereniging bedoeld, of de rechtvaardiging komt tussenbeide, zij het niet in orde van tijd, dan ten minste in orde* van natuur. De aanneming tot kinderen voegt dus een zekere doorluchtige trap* van waardigheid aan de rechtvaardiging toe (1 Joh. 3:1).