Klik op één
van de segmenten!
Almacht
Gekoppelde paragrafen met "Almacht"
Synopsis - Overzicht van de zuiverste theologie
André Rivet (1572 - 1651)
De Synopsis Purioris Theologiae kan worden beschouwd als het begin van de theologische verwerking van de tijdens de Dordtse synode opgestelde leerregels.
Hoofdstuk 6 Over de natuur van God en de Goddelijke eigenschappen
6.38Gods heerschappij
38. Hiermee - namelijk zowel met het leven van de kennende en willende God, als met Zijn macht - hangt samen de heerschappij van God, kracht, macht en gezag in alles wat Hij buiten Zichzelf kan en wil doen, en doet; welke eveneens eeuwig en onveranderlijk is. Vanwaar Hij ook de Heere genoemd wordt, en de Heere der Heeren, God der Goden, Koning der Koningen (1 Tim. 6:15). En gezegd wordt dat Hij de meest vrije en absolute macht in alle dingen heeft (Rom. 9:21; Matth. 20:15), hetgeen is zonder heer en van zichzelf gezaghebbend (adespoton en autexousion) zijn. En hieruit vloeit voort en bestaat alle Heerschappij (Rom. 13:1).
Hoofdstuk 8 Over de Persoon van de Vader en de Zoon
8.28Goddelijke eigenschappen
De wezenlijke eigenschappen van God worden aan de Zoon ook overal in de Schriften meegedeeld, als daar zijn:
- eeuwigheid, ‘Verheerlijk gij mij, Vader, bij uzelf, met die heerlijkheid die ik bij u had, eer de wereld was’ Joh. 17:5). En ‘Hijzelf is vóór alle dingen’ (Kol. 1:17). Meer over deze eigenschap in Stelling 9.
- oneindigheid en alomtegenwoordigheid, ‘Waar twee of drie in Mijn Naam vergaderd zijn, daar ben Ik in het midden van hen’ (Matth.18:20). En ‘Ik ben met u lieden al de dagen tot aan de voleinding van de wereld’ (Matth. 28:20). Zo sprak Hij op de aarde met Nicodemus, en toch was Hij in de hemel (Joh. 3:13).
- alwetendheid, zelfs van de gedachten van de mensen, ‘Christus betrouwde hun Zichzelf niet, omdat Hij hen allen kende’ (Joh. 2:24), en ‘Heere, Gij weet alle dingen, Gij weet dat ik U liefheb’ (Joh. 21:17).
- almacht, ‘Mijn Vader is meer, of machtiger, dan allen enz., Ik en de Vader zijn Eén’ (Joh. 10:29). Zo wordt Hem de krachtwerking toegeschreven, ‘waardoor Hij Zichzelf alle dingen kan onderwerpen’ (Filipp. 3:21).
- onveranderlijkheid is ook een dergelijke eigenschap, ‘Gij zijt Dezelfde, en Uw jaren houden niet op’ (Hebr. 1:12), en ‘Christus Jezus is gisteren en heden Dezelfde en tot in eeuwigheid’ (Hebr. 13:8).