Klik op één
van de segmenten!
Onmetelijkheid
Gekoppelde paragrafen met "Onmetelijkheid"
Synopsis - Overzicht van de zuiverste theologie
André Rivet (1572 - 1651)
De Synopsis Purioris Theologiae kan worden beschouwd als het begin van de theologische verwerking van de tijdens de Dordtse synode opgestelde leerregels.
Hoofdstuk 6 Over de natuur van God en de Goddelijke eigenschappen
6.29Onmetelijkheid (immensitas)
29. De onmetelijkheid is de eigenschap van het oneindig Wezen Gods, volgens welke het alle grenzen van bestaan te boven gaande, zonder grootte in eigenlijke zin, en afmeting van lang, breed en diep, en van delen en van beperking van plaats, of van lager of hoger, meer naar voren of naar achteren is, en derhalve is het hier zo als ook daar, en elders, en overal, en dus overal tegenwoordig, alle plaatsen tegelijk vervullende, en die te buiten gaande, ja het is niet plaatselijk, en in zichzelf bestaande omvat en bevat het alles. Vanwaar Hij in de Schrift ‘Eljon, de Verhevene’ (Gen. 14:19,20,22) genoemd wordt, en zo groot en omvangrijk genoemd wordt (Job 36:26; Deut. 10:17), ‘dat Hij tegelijk in de hemel, in de hel en aan het uiterste van de zee is’, hemel en aarde vervult, ja hoger is dan de hemel, dieper dan de hel, langer dan de aarde, breder dan de zee, dat de hemel Hem ten troon is, doch de aarde de voetbank van Zijn voeten, en dat de hemel van de hemelen Hem niet kan bevatten (Ps. 139:7; Jer. 23:24; Job 11:8,9; Jes. 66:1; 1 Kron. 16:18; Hand. 19:28).